Het vaststellen van de relatie tussen ADHD en de ontwikkeling van middelenmisbruik. Dat is het belangrijkste doel van het Europese samenwerkingsinitiatief ICASA dat in september 2008 van start is gegaan. In de komende jaren zullen 14 centra voor verslavingszorg in 10 EU landen gezamenlijk meer dan 6.000 patiënten van verslavingszorginstellingen beoordelen op ADHD en 3 andere stoornissen  (bipolaire stoornis, anti sociale persoonlijkheidsstoornis en borderline persoonlijkheidsstoornis). De eerste resultaten van deze studie worden in juni 2010 verwacht.

Het onderzoek is een eerste stap in de ontwikkeling van een adequaat Europees programma gericht op de opsporing, diagnostiek en behandeling van ADHD bij verslaafde patiënten. Bovendien zal het bijdragen aan de ontwikkeling van effectieve methoden ter voorkoming van middelenmisbruik bij patiënten met ADHD. De deelname van de Belgische centra wordt gecoördineerd door dr. Geert Dom, PC Broeders Alexianen te Boechout.

ICASA
De studie wordt uitgevoerd onder de vlag van ICASA, het internationale samenwerkingsverband voor ADHD en middelenmisbruik, dat in 2005 is opgericht door het Trimbos Instituut. De EASP (European ADHD in Substance use disorders Prevalence) studie is gericht op het verkrijgen van een betrouwbare schatting van het aantal patiënten met ADHD onder volwassenen met middelenmisbruik. Verder worden instrumenten voor screening en diagnostiek getest en gevalideerd op hun nauwkeurigheid en bruikbaarheid voor de deelnemende EU landen. Bovendien levert de studie meer kennis op over de relatie tussen ADHD en het ontstaan en het verloop van middelenmisbruik. 
Naast de EASP studie is er ook een genetische studie gepland. Deze studie zal de genetische opmaak vergelijken van 4 subgroepen: volwassenen 1)met alleen ADHD, 2)alleen verslavingsproblematiek, 3)ADHD + SUD en 4)geen van beide. Op die manier wordt de genetische basis onderzocht van het tegelijkertijd voorkomen van ADHD en middelenmisbruik.
“De EASP studie is een cruciale eerste stap om het probleem van ADHD bij verslaving aan te pakken. Meer kennis omtrent de omvang van ADHD bij patiënten met middelenmisbruik zal ertoe bijdragen dat wij de relevantie van ADHD bij deze patiëntengroep en de onderlinge relatie tussen deze twee chronische aandoeningen beter begrijpen.”, aldus EASP hoofdonderzoeker Drs. Geurt van de Glind van het Trimbos Instituut.

Over ADHD en SUD
30 tot 35%  van volwassen patiënten met ADHD hebben ooit in hun leven te maken met verslavingsproblemen. Er is steeds meer bewijs dat ADHD een belangrijke risicofactor vormt in de ontwikkeling en de instandhouding van verslaving. ADHD wordt in verband gebracht met het vroegtijdig ontstaan van middelenmisbruik, een snellere overgang naar ernstige vormen van middelenmisbruik en een problematisch verloop van middelenmisbruik, inclusief meer moeite om het misbruik te verminderen. Er zijn weinig concrete cijfers over de mate waarin ADHD voorkomt in de EU landen. Een systematische Europese studie daarnaar is nog niet uitgevoerd. Tot voor kort werden de meeste ADHD patiënten niet gediagnosticeerd vanwege een gebrek aan herkenning van de aandoening en een gebrek aan deskundigheid omtrent de behandeling. Gecontroleerde lange-termijn studies naar het effect van ADHD behandeling op de prognose van verslaving zijn ook nog niet voorhanden.